De Europese Unie vreest dat Britse bedrijven na een Brexit de EU-regels voor de bescherming van streekproducten als champagne en parmaham zullen overtreden. Dat terwijl de beschermde status van Britse producten gehandhaafd blijft.
Dit schrijft The Guardian.
Dat zou dus betekenen dat Britse bedrijven de Europese markt ongestraft blank kunnen zetten met nepchampagne en Edammer kaas van eigen bodem terwijl de Europese Commissie een Europees bedrijf op de vingers tikt wanneer het Scotch whisky produceert.
De Europese Commissie beschermt streekproducten op drie manieren: de Beschermde Oorsprongsbenaming wordt verleend aan producten waarvan de productie, verwerking en bereiding plaatsvindt binnen een bepaald geografisch gebied, volgens een erkende en gecontroleerde werkwijze.
Wordt minimaal één van de productie-, verwerking- of bereidingstadia aan de geografische oorsprong toegeschreven, dan wordt het stempel Beschermde Geografische Aanduiding gezet. Geldt ten slotte een productsamenstelling of -methode als traditioneel, dan wordt het keurmerk Gegarandeerde Traditionele Specialiteit toegepast.
De Europese Commissie heeft inmiddels aan zo'n 1150 Europese producten de status Beschermde Geografische Aanduiding verleend - van de Westlandse druif tot Ardennerham, van champagne tot de Neurenbergse Rostbratwurst.
Van deze 1150 producten zijn 59 Brits. Denk hierbij aan vlees van het zeldzame Lakeland Herwickschaap uit Cumbria, cheddar van West Country Farmhouse, Scotch whisky of de Conwy-mossel uit Wales.
Die Europese bescherming houdt in dat bedrijven alleen een geografische aanduiding in hun marketing mogen mogen gebruiken wanneer dat product ook daadwerkelijk uit die regio afkomstig is.
Maar wanneer het Verenigd Koninkrijk uit de EU stapt, dan hoeft het zich niet meer aan zulke regels te houden en genieten Europese streekproducten geen naambescherming meer. Althans niet tegen Britse ondernemers die 'champagne' op het etiket van hun mousserende wijntjes zetten, of een ordinaire Britse pieper voor een echte Opperdoezer in de markt zetten.
Uit documenten van het Landbouwcomité van het Europees Parlement blijkt dat men zich zorgen maakt over de scheve situatie die mogelijk gaat ontstaan: meer dan duizend beschermde Europese namen worden vogelvrij terwijl paradoxaal genoeg de 59 Britse geregistreerde namen beschermd blijven.
Volgens The Guardian spreekt uit de documenten ook de zorg dat bij een Brexit de financiering van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid een flinke knauw krijgt omdat met het Verenigd Koninkrijk een belangrijke geldschieter uit het landbouwsubsidiesysteem stapt.
Wil het Europese Landbouwcomité na een Brexit op dezelfde schaal als nu in de agrarische sectoren van de overgebleven 27 lidstaten met subsidies blijven strooien, dan hangt daar een nieuw kostenplaatje aan: ergens tussen de 1,2 en 3,1 miljard euro.